Wanneer u bestanden voor mobiele apparaten ontwikkelt, moet u de hoeveelheid gegevens die u in één keer probeert te laden, minimaliseren. Als u externe gegevens in een Flash Lite-bestand laadt (bijvoorbeeld met XML.load), zal het besturingssysteem van het apparaat mogelijk een geheugenfout genereren als er onvoldoende geheugenruimte is toegewezen aan binnenkomende gegevens. Deze situatie kan zich zelfs voordoen als de totale hoeveelheid resterend geheugen toereikend is.
Stel dat een bestand een XML-bestand probeert te laden van 100 kB, maar dat in het besturingssysteem van het apparaat slechts 30 kB is toegewezen aan het verwerken van de binnenkomende gegevensstroom. In dat geval wordt er in Flash Lite een foutbericht weergegeven voor de gebruiker met de melding dat er onvoldoende geheugen beschikbaar is.
Als er grote hoeveelheden gegevens moeten worden geladen, moeten deze gegevens worden gegroepeerd in meerdere kleine pakketjes, bijvoorbeeld in meerdere XML-bestanden, en moeten er meerdere aanroepen voor het laden van gegevens voor deze pakketjes worden gemaakt. De grootte van elk gegevenspakketje, en daarmee het aantal aanroepen voor het laden van gegevens die u moet maken, kan per apparaat en bestand verschillen. Om de juiste balans te vinden tussen het aantal gegevensaanvragen en de kans dat er een geheugenfout optreedt, kunt u de bestanden het beste testen op allerlei verschillende doelapparaten.
Probeer voor optimale prestaties, het laden en parseren van XML-bestanden zoveel mogelijk te voorkomen. Sla in plaats daarvan gegevens op in eenvoudige naam/waarde-paren en laad de gegevens vanuit een tekstbestand met loadVars of vanuit vooraf gecompileerde SWF-bestanden.